Wandelpose
Zitten kan ik dagen achtereen, onderuitgezakt of keurig rechtop. Voor liggen kun je me ’s nachts wakker maken. De fiets is veruit mijn favoriete vervoermiddel en ik prijs me gelukkig dat hardlopen in niets lijkt op wandelen, want wandelen da’s een activiteit die ik zoveel mogelijk vermijd. Mij zul je niet aantreffen in gezelschap van de Potige Dames, K3, De Slakkengang, De Wandelpool (niet te verwarren met de Wandelende Pool of De Poolwandeling), Velden & Wegen, De Vrolijke Stappers en De Bosbesjes uit Groesbeek.
Bij geen van deze zal ik me aansluiten of het moet per ongeluk zijn zoals me afgelopen week overkwam toen het pad van de Apeldoornse Wandelfederatie kort het mijne kruiste, wel twee hele pijlen lang.
Hardlopen mag alle dagen duren maar het zijn er zes. Zes vakantiedagen waarin ik hier op de Veluwe mijn gang mag gaan. Met volle overgave mag genieten van het bos, de stilte, het heerlijke weer en vrijheid. Het rennen stelt hoegenaamd niets voor want in de maanden hiervoor liep ik zelden of niet, conditioneel kom ik dus niet veel verder dan twee minuten achtereen. Van de nood een deugd makend gebruik ik deze minuten om ‘Pose’ te oefenen want aan verbetering van mijn looptechniek werk ik al meer dan een jaar – zie blogpost april 2011 – waarbij de focus voornamelijk ligt op pasfrequentie, kniebuiging, en voetlanding onder m’n heup. Om na te gaan of ik me looptechnisch gezien nog steeds op het goede pad bevind, ging ik kortgeleden zoals het een brave leerling betaamt ‘op herhaling’.
Poseur of poseuse?
“Laat maar zien hoe je loopt, in rustig tempo”, Jacky’s stem waait over de baan en ik zet mijn beste beentje voor terwijl ze mijn bewegingen filmt. In een oogopslag is het haar duidelijk op welke onderdelen verbetering mogelijk is en in de herhaling zie ik het ook. Aan de slag! Het duurt niet lang of de elastieken worden tevoorschijn gehaald en om mijn enkels geklitteband. (Een mens zou er bizarre fantasieën op los kunnen laten: ongehoorzame leerlinge wordt door dominante instructrice gedwongen om aan leiband rond te draven.)
Het elastiek helpt mijn onderstel op zo’n manier te bewegen dat ik de ‘pull’ ervaar zodat ik die daarna zelf kan reproduceren. Een beetje vreemd maar effectief, dat wel. Op film is duidelijk te zien dat mijn bovenlijf recht staat en soms zelfs licht achterover helt. Een prachtige houding, die bij mij het beeld oproept van minister Donner op zijn herenrijwiel, maar een die niet erg past bij hardlopen. Dat kan anders beter. Voorover leunend hang ik in de elastieken voor de volle honderd procent vertrouwend op Jacky om te zorgen dat ik niet plat op mijn plaat ga. Het voelt bijzonder tegennatuurlijk om zo ver voorover te leunen maar Jacky verzekert me keer op keer dat het met die helling wel meevalt. Op beeld constateer ik met eigen ogen dat ze gelijk heeft: mijn lichaam helt niet overdreven onnatuurlijk maar eigenlijk heel mooi, alsof ik tegen de wind in hang. Wonderbaarlijk hoe mijn hersens die kleine verschuiving als veel groter interpreteren, ongezien zou ik zweren dat ik zowat horizontaal leun.
Dat is precies de reden waarom Jacky zo blijft hameren op “je moet het vóelen”. Pas als het gevoel is doorgedrongen tot in de spieren en het signaal terug is gestuurd naar de hersenen, pas dan ontstaat de mogelijkheid om de beweging te herhalen en eigen te maken. Als een ongerept bos waarin ik zelf al zoekend een paadje maak en er telkens opnieuw over loop net zolang tot het pad is uitgesleten en ik blindelings de weg weet.
Het vooral niet opvolgen van aanwijzingen is een van mijn sterkere punten (ahum), dus Jacky’s goede raad om vooral veel aandacht te besteden aan het versterken van mijn romp heeft geleid tot formidabel onderontwikkelde rug- en buikspieren. Mocht ik eens ongelukkig ten val komen dan ben ik overgeleverd aan de goedwillendheid van een Potige Dame of een Groesbeeks Bosbesje om mij overeind te krijgen. Zal dat schrikbeeld voldoende zijn om me tot squats en push ups aan te zetten? Ik vrees met grote vreze…
Rennend over de Veluwe dus. Een Pose minuutje hier, een Pose minuutje daar. Alles bij elkaar geniet ik een uurtje vol voordat ik terugkeer naar mijn eenvoudige huisje waar binnen de kachel brandt en buiten de eekhoorntjes dartelen.
Licht of lampje?
Velden & Wegen zijn nergens te bekennen nu ik hulp nodig heb om uit bed te komen. Huh? Hulp bij uit bed, hoezo dan? Nou, gisteravond ging ik er pas in na een tweede rondje. Ik zocht een excuus om mijn nieuwe hoofdlamp te testen dus trok ik er in het schemerdonker nog een keer op uit over het fietspad waar, aan de omgewoelde aarde langs de bosrand te zien, voor de wilde zwijnen de lekkerste hapjes te vinden zijn. Het licht op mijn voorhoofd schijnt als volle maan zodat ‘bang in het donker’ binnen de perken blijft (slechts twee keer zenuwachtig omkijken om tot ontdekking te komen dat het geluid van de achtervolger de echo van mijn eigen voetstappen is). Een kilometertje of vijf in langzaam tempo meer is het niet en zeker de helft daarvan in wandelpas. Waarom zou dat niet kunnen? Daarom niet! Omdat je in geen maanden echt gelopen hebt. Omdat je nooit over asfalt loopt. Omdat je die ochtend al een uur gelopen hebt, daarom niet! Hoe vaak moet ik het je nog uitleggen: je lichaam kan die belasting niet aan. Tssk, eigenwijs stuk vreten dat je bent. Net goed dat je verrekt van de pijn in je kuiten zo erg dat bewegen niet meer is dan voortbewegen. De ooit strak gebundelde spiervezels zijn tot rafels uiteengereten alsof ik dwars door een mijnenveld ben getrokken, mijn gehavende onderbenen niet meer dan lege hulzen. Na een keer of wat heen en weer sukkelen van aanrecht naar eettafel zijn de rafels uit hun coma ontwaakt en lukt het zowaar om niet al te opvallend te hinkepoten.
Lala la zij wint de bronzen eikel …..
In beweging blijven lijkt me noodzaak dus met de fiets naar het Kröller Muller. ‘Verlangen naar volmaaktheid’ is de titel van de tentoonstelling. Ha, wrijf het er gerust wat dieper in, ik ben nog niet genoeg gestraft (zelfkastijding is ook een kunst). Afijn, genoeg gemopperd. De Veluwe heeft er een handje van om me tot rust te brengen. Ik geef me over aan mijn staat van ‘zijn’.
De rest van de week staat in het teken van wandelen, zoeken en verwonderen. Struinend door het bos ontdek ik herfst en aanverwante zaken die maken dat euh… wandelen soms zo gek niet is.
Deze blogpost stamt van 17 oktober, maar was nog niet eerder geplaatst.
Kommer en kwel, wie herkent dat niet als je een tijdje wat minder hebt (hard)gelopen… En eigenwijs? Valt wel mee toch, je luistert naar jezelf… Nou ja, ook niet altijd. Maar een feit is dat je al wandelend veel meer bewust bent van de omgeving, lees; de natuur. Prachtfoto’s en dat verhaal van jou is ook weer helemaal top!